De achtste “G”
zondag, 8 november 2015
Dank zij de epigenetica weten we dat onze levensstijl onze genen en die van onze nakomelingen beïnvloedt. Daarom voegen we een achtste “G” toe aan ons model.
Het model dat we al enkele jaren gebruiken in training en coaching, kan aangevuld worden met een achtste G (genen): Gebeurtenis => Gedachte => Gevoel => Gewaarwording => Gedrag => Gevolg => Gewoonte => Genen.
Enerzijds is dat goed nieuws, we kunnen ons niet meer hullen in slachtofferschap, maar we hebben wel degelijk – alleszins gedeeltelijk – invloed op onze gezondheid, en indirect op die van onze kinderen en kleinkinderen!
In grote lijnen hebben we geen directe invloed op gebeurtenissen die buiten onze wil om tot stand komen. Waar we wel vat op hebben is hoe we er mee omgaan. De gedachten die we omtrent dat wat gebeurt vormen, die dan weer aanleiding geven tot lichamelijke gewaarwordingen en emoties (Gevoelen). Op basis van dit intern proces gaan we iets doen of niet doen (Gedrag) en creëren we een reactie van betrokkenen (Gevolg). Wat ons ook overkomt, we hebben steeds een keuze, op basis van het bewust luisteren naar ons lichaam en sturen van onze gedachten. Dat de maatschappij verandert is zeker, dat bedrijven zich aanpassen en zich anders gaan organiseren is zeker, dat de grenzen van ons maatschappijmodel afgetast worden is zeker. We hebben echter wel de keuze als medewerker, (partner, gezinslid, burger, …) om te kiezen voor het halfvolle of het halflege glas.
En als we vaak dezelfde keuzes maken gaan die zich tot neurale patronen in onze hersenen vestigen, waardoor we uit gewoonte (de zevende G) steeds hetzelfde gedrag gaan vertonen in soortgelijke situaties. En als we lang bepaalde attitudes vertonen, gaat uiteindelijk ons lichaam dat zelfs tonen (denk maar aan de zeurpiet met de neerhangende schouders en mondhoeken). In hoeverre we gewoontedieren zijn of bewust handelende mensen zijn is maar de vraag?
En nu is er de achtste G: ons gedrag wordt niet alleen bepaald door onze genen, maar ook door wat er op de genen gebeurt. Chemische stoffen die aan het DNA hangen, bepalen mee welke genen al dan niet tot activiteit worden bewogen en in voor het lichaam bruikbare eiwitten worden overgeschreven. Epigenetica impliceert niet alleen dat een levensstijl een rechtstreekse invloed kan hebben op het overervingsproces. Het impliceert ook dat de evolutie veel sneller kan gaan.
Doordat eiwitblokken waarrond de DNA-strengen gewonden worden, mee in de zaadcellen meegenomen worden, wordt duidelijk dat de vader een belangrijke rol speelt in de gezondheid van zijn nageslacht. Dus Heren!!!
Epigenetische kenmerken zouden ook rechtstreeks verband houden met een aantal levensstijlfactoren. Het feit of je al of niet rookt, is zichtbaar in je epigenetische eigenschappen. Mensen die doorgedreven fysieke trainingsprogramma’s volgen krijgen een totaal ander patroon van epigenetische merkers in de spiercellen dan mensen die niet sporten. Dat gold zelf voor mensen van wie experimenteel één been sterk werd getraind en het andere niet: er waren duidelijke verschillen in de epigenetica van de spiercellen in de twee benen. De training veranderde de activiteit van duizenden genen via epigenetische invloeden.
Epigenetica kan voor een nieuwe doorbraak zorgen in de geneeskunde. Veel ziekten hebben immers een epigenetisch profiel dat misschien kan worden bijgestuurd. Zo is er een verband tussen de ziekte van Alzheimer en epigenetische mechanismen. Gezonde mensen kunnen de aftakeling van hun hersencellen tegengaan door fysiek en mentaal actief te blijven. Vermoed wordt dat de inspanningen epigenetische aanpassingen in de hand werken die hersencellen gezond houden.
De nieuwe inzichten ondersteunen de trend naar een meer bewust leven: niet alleen voor de eigen gezondheid en prestaties, niet alleen uit verantwoordelijkheid voor de ecologie en de aarde, maar ook voor de gezondheid van onze eigen nakomelingen.
Kijk ook het artikel in Knack Magazine nr 45 blz 86 over epigentica van Dirk Draulans